In de jaren `60 en `70 hadden mijn ouders meerdere abonnementen op kranten en tijdschriften.
De kranten dagelijks, wekelijks de Margriet, de Libelle, Nieuwe Revue en Panorama.
Daarnaast was er ook nog een abonnement op de Okki, later de Taptoe, Tina en Pep.
In mijn pubertijd, en daarna, de MuziekExpress, Popfoto en Muziekkrant Oor.
Die tijdschriften waren iedere keer weer een grote ontdekkingstocht voor mij, een vlucht ook.
Niets wetend van marketing en klantenbinding.
Als er iets in de bladen stond wat mijn interesse had, knipte ik tekst of illustratie uit en plakte die met plakband op mijn slaapkamermuur.
He-le-maal vol. En daar kon ik uren naar kijken en bij fantaseren.
Ik was erg onder de indruk van het grafische werk, typografie, lijnenspel, maar ook van de getekende illustraties en foto`s.
De advertenties in de bladen leverden vaak een gevoel op van veiligheid en comfort, misschien wel geluk.
Er werd mij een wereld voorgeschoteld die ik niet kende, maar waar ik wel heel graag onderdeel van uit wilde maken. Al die blije, zelfverzekerde lachende mensen!
Ze kochten prachtige kleren, maakten verre reizen en aten de lekkerste gerechten.
Ik geloofde wat ik zag en het gevoel wat daarbij hoorde was fijn.
Maakbaarheid van het leven avant la lettre.
En steeds dacht ik; mooie dingen maken waar mensen blij van worden, dat wil ik later ook.
In al zijn eenvoud; een wereld van papier scheppen die herkenbaar is, die de warme deken en het onvervuld verlangen uit het verleden oproept.
En “later” ging keihard, was er al toen ik dacht dat er nog tijd genoeg was.
De verpleging werd het, en een hele trits niet afgemaakte opleidingen en/of cursussen in de categorie creatief of vormgevend.
Ongeduld en chaos.
Na de verpleging omscholen tot meubelmaker en vanaf daar werd het smeulende vuurtje weer aangewakkerd,
werd het verlangen uit het verleden vermengd met alle opgedane kennis en ooit gemaakte plannen.
En wat al die tijd een veenbrand was is ondertussen een vreugdevuur geworden.
Later is nu, en nu staat volledig in dienst van vroeger.
Nu maak ik de panelen die ik wil maken, waar ik al die schoonheden van mijn eigen jeugd in stop.
Al mijn helden, mijn guilty pleasures, mijn verlangens, mijn fantasieën, mijn (gedroomde) bestemmingen, mijn levenswaarheden en mijn muziekkeuzes.
Daar creëer ik mijn eigen wereld en verpak die in het mooiste papier van vroeger.
En die wereld, dat verleden, vang ik voor altijd in epoxyhars.
Ongeduldig heb ik “later” voor me uitgeschoven, zo blij dat ik er nu eindelijk aangekomen ben.